Taalgids Hongaars: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
→Werkwoorden: aanvulling |
opmaak, aanpassing, aanvulling |
||
Regel 35:
==== Klinkers ====
In onderstaande tabel worden ''kort'' uitgesproken klinkers aan het einde van een woord voor de duidelijkheid met ..\ aangegeven.
{| class="wikitable" style="font-size:90%;line-height:100%;"
|+ uitspraak klinkers
!colspan=2|korte klinkers
Regel 79:
|'''ű'''
| lange ''u'' in ''stuur''
|
|colspan="4"|Opmerking:
* een ''i'' zoals in het Nederlandse ''wit'' komt niet voor.
* tweeklanken zoals '''au''' in ''auto'' wordt uitgesproken als ''a-oe''.
|}
==== Medeklinkers ====
{| class="wikitable" style="font-size:90%;line-height:100%;"
|+ uitspraak medeklinkers
!letter
Regel 241 ⟶ 242:
|de ''j'' in ''journaal'' (uitspraak: '''zj'''oernaal)
|*
|
|colspan="4"|Opmerkingen uitspraak:
* Ook aan het einde van het woord worden stemhebbende medeklinkers als b, d, v en z stemhebbend uitgesproken (dus niet zo als in het Nederlands respectievelijk als p, t, f en s).
* "Lange" medeklinkers worden dubbel geschreven, met andere woorden: verdubbelde medeklinkers worden lang aangehouden.
Regel 248 ⟶ 249:
* Medeklinker die met 2 "letters" worden geschreven worden bij verdubbeling geschreven met een verdubbelde beginletter: ccs, lly, ssz.
* Eigennamen hebben soms een oude spelling, waarbij de uitspraak afwijkt.
|}
==== Klemtoon en intonatie ====
Regel 260 ⟶ 262:
=== Werkwoorden ===
{|class="wikitable" style="float:right;font-size:
!colspan="3" style="text-align:center;"|Indeling van de klinkers in drie typen:
|-
|<u>1.</u> achterklinkers = lage klinkers:<br><u>2.</u> voorklinkers = hoge klinkers, met lipronding<br><u>3.</u> voorklinkers = hoge klinkers, zonder lipronding
| <br> <br>(ook wel: de "neutrale" klinkers)
|}
Regel 270 ⟶ 272:
De uitzondering hierop is de groep van ik-werkwoorden, waar eerst de -ik uitgang moet worden weggehaald, waarna dan de uitgang komt. (Voorbeeld lak'''ik''' = ''zij/hij woont'' → lak'''unk''' = ''wij wonen'', waar '''-unk''' de uitgang is voor de 1<sup>ste</sup> persoon meervoud)
De werkwoorden worden vervoegd voor de tegenwoordige tijd (geen teken), de verleden tijd (teken is: -t,-ott/-ett/-ött), de gebiedende wijs (teken is: -j) en de voorwaardelijke wijs (teken is: -ná/-né).
Het lastigste deel van de vervoeging is de rol van het lijdend voorwerp. Er zijn twee hoofdtypen van vervoeging: de onbepaalde en de bepaalde vervoeging.
Regel 286 ⟶ 288:
==== Tegenwoordige tijd ====
In onderstaande tabel zijn de '''uitgangen''' achter de stam '''vet''' gemaakt. De hieronder tussen haakjes staande woorden ''én, te, ő, mi, ti'' en ''ők'' worden meestal weggelaten omdat het aan de uitgang al te zien is om wie het gaat. De vervoegingen bij de beleefdheidsvormen Ön = ''U'', Maga = ''U'' krijgen dezelfde uitgangen als bij ő = ''zij/hij''.
{|class="wikitable"
!colspan="7"|Regelmatige werkwoordvervoeging tegenwoordige tijd.<br>Voorbeelden.
|-
Regel 369 ⟶ 371:
==== Verleden tijd ====
In onderstaande tabel is het <u>teken</u> van de verleden tijd onderstreept: meestal <u>-t</u> in vrijwel alle personen, maar <u>-ott</u>/<u>-ett</u>/<u>-ött</u> bij de 3<sup>de</sup> persoon enkelvoud (ő = ''zij/hij''). De '''uitgangen''' achter de stam zijn '''vet''' gemaakt.
{|class="wikitable"
!colspan="7"|Regelmatige werkwoordvervoeging verleden tijd<br>(<u>-t</u> in vrijwel alle personen,maar <u>-ott</u>/<u>-ett</u>/<u>-ött</u> bij de 3<sup>de</sup> persoon enkelvoud)
|-
|